Denk je aan zelfdoding?

We zijn er voor je. 
Je kunt met ons geheel anoniem bellen of chatten. 

Bel gratis 0800-0113 Chat met ons
Bel of chat met ons
Zoeken

Risico's

Binnen sommige groepen en (werk)sectoren is het risico op het krijgen van suïcidale gedachten hoger dan in de rest van de samenleving. Ook zijn er momenten waarop het risico op zelfdoding toeneemt.

 

Hoogrisicogroepen

Er zijn verschillende factoren die bijdragen aan iemands risico voor het ontstaan van suïcidale gedachten. Groepen die een relatief hoog risico hebben op het vormen van suïcidale gedachten zijn onder meer:

  • Uitkeringsgerechtigden
  • Werkenden met een laag inkomen
  • Werkenden met onzekerheid over hun gezondheid

Suïcidaliteit is bijna altijd een complex samenspel van factoren. Juist de combinatie van verschillende factoren vergroot het risico . Zo weten we uit onderzoek dat mannen met een arbeidsongeschiktheidsuitkering een verhoogd risico hebben, net als jonge mensen (25-39 jaar) met een laag opleidingsniveau. Naast werk-gerelateerde factoren dragen ook sociale factoren bij. Uitkeringsgerechtigden die alleenstaand zijn, bijvoorbeeld, hebben een hoger risico te overlijden door zelfdoding. Een ander risico is het hebben van (langdurige) schulden. Ook dit komt relatief vaker voor bij kwetsbare groepen.

Lees ook de informatie in de Factsheet voor het sociaaleconomisch domein.

Werksectoren en het risico op zelfdoding

Ook zijn er bepaalde werksectoren waar zelfdoding vaker voorkomt dan onder andere werkenden. Met hoogrisicosectoren bedoelen we werksectoren waarin het relatieve aantal suïcides hoog is. Dit gaat onder andere om de winning van delfstoffen, energie, en water, en de agrarische sector, de bouw en de industrie.

Instanties en beroepsgroepen die veel in aanraking komen met deze risicogroepen hebben een belangrijke taak in de signalering en preventie van suïcidaliteit. Denk hierbij aan het UWV, Loket Werk en Inkomen, deurwaarders voor belastingen en gerechtsdeurwaarders, woningcorporaties, reguliere banken en Gemeentelijke Kredietbanken en schuldhulporganisaties, maar ook HR-medewerkers en bedrijfsmaatschappelijk werk binnen werksectoren met een verhoogd risico.

Meer informatie en cijfers per werksector kun je vinden in het document Suïcide per werksector.

Risicomomenten

Er zijn momenten waarbij het risico op zelfdoding sterk toeneemt. Met name transitiemomenten en momenten waarop iemand geconfronteerd wordt met een nadelig besluit of afwijzing zijn risicovol. Op zulke momenten kunnen zelfmoordgedachten aan de orde komen, ernstiger worden of acute vormen aannemen. Denk hierbij aan:

  • Huisuitzetting
  • Terugkomen in de thuissituatie na een opname, behandeling, TBS of detentie
  • Verlies van baan of dagbesteding
  • Echtscheiding, verlies van partner
  • Stopzetten omgangsregeling kinderen
  • Afwijzing voor een schuldenregeling
  • Tussentijdse, negatieve beëindiging van een schuldenregeling
  • Alles weer zelf moeten doen na het einde van een schuldenregeling
  • Einde beschermingsbewind
  • Een eerste eigen woning na een periode van dak- of thuisloos te zijn geweest
  • Faillissement, verlies van eigen bedrijf
  • Armoedeval, drastische terugval in inkomen

Vervelende gebeurtenissen kunnen bij mensen die al kwetsbaar zijn een groter effect hebben dan je misschien zelf zou verwachten. Ook hier speelt de opeenstapeling van ervaringen en omstandigheden een rol.  Voorbeelden van factoren die iemand extra kwetsbaar kunnen maken zijn:

  • Eerdere zelfmoordpogingen
  • Schulden
  • Psychische problemen, zoals depressie of verslaving
  • Het hebben van een arbeidsongeschiktheids- of een bijstandsuitkering
  • Eerdere verlieservaringen
  • Verandering van medicatie (denk bijvoorbeeld aan antidepressiva)
  • Uitzichtloze, onoplosbare situaties, bijvoorbeeld door fraude of niet saneerbare boetes
  • Sociaal isolement, het ontbreken van steun van familie of vrienden
  • Stemmingswisselingen
  • Agressie en boosheid